15 maart, 2009

Meer over de heiligheid van het leven


Denkend misschien nog een losstaand Nederlandstalig wijsgeer even te noemen, tegen de vergetelheid, kom ik deze gruwelboodschap als eerste treffer tegen
Herman Wolf

Keulen, 1 mei 1893
Amsterdam, 24 mei 1942
Leraar
Bereikte de leeftijd van 49 jaar
In juni 1942 is in Het Joodsche Weekblad een necrologie geplaatst voor Herman Wolf.
Het Joodsche Weekblad, 5 juni 1942, 4

Herman Wolf heeft in Heidelberg Duitse Letteren en Filosofie gestudeerd.
Toevoeging van een bezoeker van de website

Deze persoon was alleenstaand of van deze persoon is geen gezinsverband bekend of kon niet worden gereconstrueerd.


Gereduceerd tot de status van dode in Sachsenhausen, zonder terugvindbare familie.
Met een mengsel van boosheid en verdriet tik ik een kadertje in over de man, wat elementaire dingen.
De site waar ik het aantrof is geordend naar adres. Misschien vroegen ze daarom mijn fysieke adres?

Hij woonde op het Harmoniehof. Met de precisie die de Nederlandse bevolkingsregistratie ongetwijfeld beroemd en niet berucht heeft gemaakt is per Amsterdams adres op internet terug te lezen wie waar is opgehaald.
Op mijn adres is niemand opgehaald. Bij de buurhuizen links en rechts wel. Ik woon in wat de Oude Jodenbuurt heette.
Op mijn eigen achternaam krijg ik ruim honderd treffers.
De voortreffelijkheid van het bevolkingsregister heeft er vast wel voor gezorgd dat er geen familie bij zit. Moet ik er blij mee zijn? Moet ik er dan niet blij mee zijn? Dofheid, verslagenheid.
Ik stam af van de katholieke De Raaijs uit de Duitse Nederlanden. De Joodse De Raaijs komen voorzover ik weet uit Polen (dan hebben we het over begin achttiende eeuw; de naam is bepaald in de Franse tijd).

Ik zocht een filosoof en vond een massaslachting.
Zelden zo snel en onbarmhartig een illustratie gekregen van waar ik mijn vorige post mee besloot.

Op Vloemans en Wolf kom ik terug - maar wanneer?

Geen opmerkingen: