14 februari, 2006

Stoer ten onder


Als Amsterdammer ken ik de Jordaan niet goed, ik weet het altijd klaar te spelen te verdwalen in de merkwaardige opbouw van dwarsstraten. En zo kwam ik gisteren volstrekt onverwacht maar met genoegen in de straat waar onder andere stripwinkel Kapitein Rob gevestigd is. Grote plakkaten op de ruit: Opheffingsuitverkoop. Wat nu? Ik kom er niet vaak, maar dit is een van die winkels die er gewoon horen te zijn, in de Amsterdamse binnenstad. Maar het is echt waar - de zaak stopt, de kosten stijgen en de omzet niet. De van bovenaf opgelegde Vrije Markt, die steeds verkocht wordt onder het praatje van de Keuze die de Consument daardoor krijgt, zorgt voor verdere verschraling. Liefdevol gedreven gespecialiseerde winkels wijken voor het Dure Segment of de ketens die je toch al overal vindt.
De man achter de kassa maakt mij extra verontrust: hij is van mening dat het bewind in Den Haag moedwillig armoede bevordert - bijvoorbeeld, zoals in het geval van Kapitein Rob, steeds maar weer huren op te drijven voor ruimtes, die als je ze goed bekijkt, krottig zijn.

Waar ik altijd naar uitkijk, nu ik weet hoe het zit door Marten Toonders autobiografie, het vroege werk van/over Eric de Noorman, had Rob niet. Het wordt hier wel te koop aangeboden in heruitgave, zonder dat mijn lichtpijlachtige kameraad Waling Dijkstra genoemd wordt, de schrijver van de vroege delen. Niet meer via Kapitein Rob te bestellen. (Misschien zelfs wel helemaal niet in de winkel).

Geen opmerkingen: